Een gebit waarin steeds meer tanden ontbreken, zo kan de toestand op Limburgse kerkhoven en
begraafplaatsen worden omschreven. Grafmonumenten worden verwijderd, al dan niet in combinatie
met het ruimen van het graf, op basis van slechts één criterium: het verlopen van grafrechten. Er
wordt geruimd zonder dat men zich afvraagt of de grafmonumenten in kwestie cultuurhistorische
waarde hebben. En zonder rekening te houden met de bijzondere rol die de begraven persoon mogelijk
heeft vervuld in zijn dorp of streek. Het is ‘ruimen met een blinddoek om’.