Wet op lijkbezorging gerepareerd
© Anja KrabbenJaren van voorbereiding op de nieuwe Wet op de lijkbezorging garandeert nog geen perfectie. De wet is nog geen jaar van kracht, en nu al moet een Reparatiewet ‘wetstechnische gebreken en leemten herstellen alsmede andere wijzigingen van ondergeschikte aard in diverse wetsbepalingen aanbrengen’.
De Reparatiewet BZK 2010 (Kamerstuk32 456, onder andere te downloaden van uitvaart.nl), die nu bij de Tweede Kamer ligt, corrigeert enkele fouten in de Wet op de lijkbezorging. Het gaat om zes wijzigingen, vijf van de zes zijn louter technisch: herstel van vergissingen die voor zichzelf spreken.
De belangrijkste wijziging is er een die van belang is voor begraafplaatsen. Het gaat om de regeling die betrekking heeft op het eigendom van de grafbedekking (artikel 32a). In 2002 deed de Hoge Raad een uitspraak waardoor alle grafmonumenten in Nederland door natrekking op grond van het Burgerlijk
Wetboek eigendom werden van de houder van de begraafplaats. Dat wilde de wetgever met de nieuwe Wet op de lijkbezorging die per 1 januari 2010 van kracht is gegaan, ongedaan maken. De wetgever kwam er echter snel achter dat de nieuwe regeling alleen gold voor sinds die datum geplaatste grafstenen, terwijl het de bedoeling was dat de regeling ook zou gelden voor bestaande graven en grafstenen. Dat is met de reparatiewet weer in orde gemaakt.
Toekomst
Stichting Altvoorde, een stichting die zich inzet voor het behoud van graven van Nederlandse cultuurdragers, heeft zich vanaf het moment dat de Hoge Raad haar uitspraak deed druk gemaakt om het van kracht verklaren van de natrekkingsregel op grafmonumenten. In het Terebinth magazine van september jongstleden geeft voorzitter Bouke Jagt blijk van grote opluchting: ‘Alle rechthebbenden van
particuliere graven vóór 1 januari 2010 verloren hun eigendom. […] Werknemers in Franeker, Philips in Eindhoven, adellijke families in Gelderland, ja de koningin ondertekende in zalige onwetendheid de
onteigening van haar eigen Koninklijke grafkelder in Delft. […] Miljoenen krijgen hun familiegraven terug zonder ooit geweten te hebben dat zij dat bezit verloren hadden. De Nederlandse funeraire cultuur heeft weer een toekomst.’
Jurist Willem van der Putten daarentegen laat op uitvaartbranche.nl weten helemaal niet zo blij te zijn met de reparatiewet. Volgens hem bevat deze een nieuwe fout. Van der Putten: ‘In de toelichting staat dat de eigendom van wat op een graf is geplaatst, terugkeert naar de oorspronkelijk rechthebbende. Maar de rechthebbende (of bij een algemeen graf: de gebruiker) hoeft helemaal niet de eigenaar van een grafmonument of andere voorwerpen te zijn. Ik geef als voorbeeld het graf van vader, waar
moeder rechthebbende van is, maar waar de kinderen de steen voor hebben betaald; dan zijn de kinderen eigenaar. En zij blijven dat. De eigenaren zijn dus een ander dan de rechthebbende of
de gebruiker. Daarom is de tekst niet helemaal juist.’ Van der Putten meent dat de nieuwe regeling juridisch onduidelijke situaties schept. ‘Voor derden is onduidelijk wie die eigenaar is en wie men kan aanspreken bij eventuele schade die door het monument is veroorzaakt. Als men niet wenst dat de
grafbedekking eigendom wordt van de houder van de begraafplaats, dient mijns inziens niet slechts de natrekkingsregel worden opgeheven, maar de rechthebbende op of gebruiker van het graf als eigenaar te worden aangewezen.’ Van der Putten betwijfelt dat dit gebeurt. Hij geeft in het oktobernummer van
Het Uitvaartwezen (in zijn column) een (voorlopige) oplossing voor beheerders: ‘Een oplossing is dat de houder van de begraafplaats aan alle rechthebbenden met grafmonumenten uit 2009 of ouder een brief schrijft met de mededeling dat hij hen de grafbedekking cadeau doet. De rechthebbenden worden dan eigenaar. Een simpele maatregel die de gewenste uniformiteit brengt en nieuwe wetgeving overbodig maakt. Deze brief moet dan wel verstuurd worden voordat de reparatiewet in werking treedt. Je kunt immers alleen cadeau doen wat je bezit.’