Plan van eisen verstrooiingsveld
Onderwerp: Begraven en regelgevingVraag:
Geachte dame, heer,Voor het maken van een ontwerp voor een strooiveld voor een begraafplaats in ’s-H. is het de bedoeling te beginnen met het opstellen van een programma van eisen (pve). Als basis hiervoor ben ik op zoek naar eisen die de overheid stelt aan asverstrooiing en asverstrooiingsvelden. En wellicht heeft uw organisatie ook nog aanbevelingen, aandachtspunten en/of ontwerprichtlijnen voor het ontwerp en de inrichting van strooivelden. Kunt U mij een antwoord geven op deze vragen, of kunt u mij gericht doorverwijzen naar een andere organisatie voor beantwoording van deze vragen, dan hoor ik dat graag van u.Bij voorbaat mijn hartelijke dank, en met vriendelijke groet,M. van O.
Antwoord:
Beste M. van O., Eisen / aandachtspunten waaraan een strooiveld moet voldoen, staan niet in de Wet op de Lijkbezorging en ook niet in het Besluit op de Lijkbezorging. Veel technische zaken staan omschreven in de Inspectierichtlijn Lijkbezorging, uitgebracht als VROM-publicatie in 1999, die als bijlage is toegevoegd aan deze mail. Hieronder de relevante alinea’s: 7.4.2 Verstrooiing van crematie-asVerstrooien van as kan op diverse plaatsen; de meest gangbare zijn het verstrooien op eendaartoe bestemd terrein en boven zee. Het verstrooien van de as op een dierbaar plekje iseveneens toegestaan.• Verstrooien op een strooiveldIn as zijn de meeste elementen van het periodieke stelsel aanwezig. Bij een hoge intensiteitvan verstrooiing is het dus denkbaar dat de bodem ontoelaatbaar verontreinigd kan worden.Verstrooien van as op een daartoe bestemd terrein (Blb art. 10) wordt daarom als een potentieelbodemverontreinigende activiteit gezien die kan worden onderworpen aan de Algemenemaatregelen van Bestuur op grond van artikel 6, lid 2, sub d van de Wet Bodembescherming.Strooivelden moeten niet in grondwaterbeschermingsgebieden moeten worden aangelegd(tenzij bodem- en grondwaterbeschermende maatregelen worden getroffen. De provincialemilieuverordening regelt dit.Voor het verstrooien van crematie-as kan dezelfde benadering worden gevolgd als een bouwstofvolgens artikel 1, onderdeel b van het Bouwstoffenbesluit bodem- en oppervlaktewaterenbescherming.Toepassing van de regels uit het Bouwstoffenbesluit op het verstrooien vancrematie-as leidt tot marginale bodemverontreiniging.Strooivelden die onderdeel zijn van een crematoriumcomplex vallen onder het regime van deWet milieubeheer. Andere, niet Wet milieubeheer vergunningplichtige strooivelden zouden aansoortgelijke eisen moeten voldoen. Uitgangspunt is dat zij, evenals begraafplaatsen, geen verspreidingvan verontreiniging naar de omgeving veroorzaken en milieuhygiënisch beheersbaarzijn.De meest eenvoudige wijze van beheer is ervoor zorg te dragen dat de belasting van debodem in evenwicht is met de opname door en de afvoer via de aanwezige begroeiing.Bodemonderzoeken hebben uitgewezen dat verstrooien van crematie-as met een hoge intensiteitinderdaad een bepaalde mate van bodemverontreiniging veroorzaken. Deze verontreinigingtreedt nagenoeg uitsluitend op in de bovenste centimeters van het bodemprofiel.Uit deze onderzoeken blijkt dat de verontreinigingen hoofdzakelijk bestaan uit zware metalenen fosfaat.Vervolgens zijn inventarisaties gemaakt van onderzoeksgegevens en zijn immissieberekeningenvan uitlogende componenten volgens het Bouwstoffenbesluit uitgevoerd. Hieruit blijkt datfosfaat de maatgevende factor is.Naast het beheersen/voorkomen van bodemvervuiling door het treffen van beheersmaatregelenkan ook het gehalte aan mineralen in de as, niet afkomstig van het stoffelijk overschot, inverdere verruiming van de capaciteit van strooivelden resulteren.Op grond van onderzoek van het RIVM naar alle uitgevoerde onderzoeken en inventarisatiesadviseert de Inspectie Milieuhygiëne het volgende:Toegestaan is één van de volgende vier mogelijkheden:1. Maximaal 90 verstrooiingen per hectare per jaar, zonder dat aanvullende maatregelennodig zijn. Hierbij wordt uitgegaan van de eenvoudige beheerswijze dat debelasting van de bodem niet groter is dan de opname door en de afvoer via de aanwezigebegroeiing.2. Maximaal 370 verstrooiingen per hectare per jaar. Hierbij worden één keer per 25jaar controlemetingen geëist ter bepaling van de verspreiding van verontreinigendestoffen naar het milieu;3. Maximaal 3200 verstrooiingen per hectare per jaar. Hierbij dient de as weer verwijderdte kunnen worden van de bodem. Tevens worden eens per 5 jaar controlemetingenter bepaling van de verspreiding van verontreinigende stoffen naar het milieu.4. Boven de 3200 verstrooiingen per hectare per jaar dienen er zodanige isolerendemaatregelen te worden getroffen dat op geen enkele wijze as in de bodem kangeraken.Om het aantal verstrooiingen tussen 370 en 3200 per crematorium te verruimen adviseertde Inspectie Milieuhygiëne gebruik te maken van zogenoemde ‘wisselvelden’. Dithoudt in dat een crematorium minstens twee strooivelden van voldoende omvangbeheert waarvan telkens één strooiveld gedurende een periode van tenminste 10 jaarin gebruik is. Terwijl het ene strooiveld in gebruik is, kan op het andere strooiveld eenrustperiode van 10 jaar in acht worden genomen, vergelijkbaar met de wettelijke periodevan grafrust. Na deze rustperiode kan worden bemonsterd en indien noodzakelijkkan de verontreinigde grond worden afgegraven en afgevoerd. De minimale oppervlaktevan de strooivelden kan eenvoudig worden berekend (zie bijlage 4, asverstrooiing).Vermindering van het gehalte aan zware metalen kan worden bereikt door onder meer:- Alleen kisten met houten handvatten te gebruiken;- Vóór de vermaling van de as reeds zoveel mogelijk metalen daaruit te verwijderen metgespecialiseerde apparatuur (zowel voor ferro als non-ferro metalen). Met vriendelijke groeten,
Wim van Midwoud
18 januari 2010